donderdag 25 juni 2015

Thuiskomen bij de de tandarts

Na al die voorouders Van der Wees is het vandaag een dag voor mijn eigen voorouders. Maar eerst nog het riviertje de Mark oversteken dat verderop om onnavolgbare redenen Dintel heet.

Drie vrouwen komen me tegemoet. "Wil je een stempel?" vraagt een van hen. Het is de eerste tijdens de route die me als pelgrim naar Santiago herkent.
Het blijkt een grapje want ze is zelf net terug uit Santiago. Ze vindt dat ik naar Vessem moet 'want daar begint de officiele route'. Ik leg haar uit dat de enige officiele route thuis bij je voordeur begint.
Ik had nog graag even verder gepraat, maar haar vriendinnen hebben haast.


Mark



Goudbloemsedijk

In de verte lonkt De eeuwige stad
Ik verbaas me over de rust en stilte die hier hangt. Wat dat vroeger ook zo?
Ik schrik van de aanblik van de Hoevense Beemden. Ik heb me voorgenomen deze pelgrimage niet te snel te oordelen en als ik al oordeel dit mild te doen. Ik begrijp ook dat we niet door kunnen gaan met onze planeet uit te putten, maar hier kan ik toch niet anders zeggen dan: landschap uit mijn jeugd dat voorgoed is verpest.
De Hoevense Beemden: landschap uit mijn jeugd voorgoed verpest

Turen naar het gebladerte
Ik heb weer veel last van mijn rug. Langs de Boutweg (waar mijn voorouders woonden en werkten) ga ik even onder een boom in de berm liggen en tuur naar het gebladerte . Een auto passeert en komt even later achteruit terug. Of het wel goed met me gaat? Bezorgde mensen die Brabanders.

Boerderij De Oostenberg; hier woonden en werkten mijn overgrootouders
Mijn geboorteplaats
Ik was van plan om even bij  De Oostenberg aan te bellen. Ik heb nog een single 8 filmpje waar ik daar speel, maar ik begrijp dat de boerderij niet meer bewoond is.


Voormalige Isaac da Costa School

Ach zou die school er nog wel zijn
kastanjebomen op het plein
de grote deur
platen van ridders met een kruis
of van Goejanverwellesluis
geheel in kleur

Willem Wilmink


Receptioniste Conny Lazeroms
 De school is er nog wel, maar bij gebrek aan leerlingen opgeheven. Er is nu een tandartspraktijk gevestigd.
Receptioniste Conny biedt me een kop koffie aan. Bij het weggaan vraagt ze of ik soms een weblog heb.
"We gaan jou volgen," zegt ze met Brabantse hartelijkheid. Het voelt als thuiskomen.
Conny, als je dit leest, het was leuk met je te praten en je bent hartelijk welkom me te volgen.


Mevrouw Luyben
In de wachtkamer tref ik mevrouw Luyben. Haar man gaf les aan het Thomas More college.  Hij deed het graag, maar is inmiddels overleden, vertelt ze.
"Ja, biologie," zeg ik. Ik was een van zijn leerlingen. Helaas niet zo'n goede. Anders had ik waarschijnlijk niet steeds pijn in mijn rug gehad.
We praten over vroeger. Ik heb de tijd dat ik hier op school was, niet als prettig ervaren. Het was een protestantse school - een soort enclave in een vooral katholiek gebied - en veel verdraagzaamheid werd er niet gepredikt. Al het slechte kwam van de katholieken. Omgaan met katholieke vriendjes werd nog net niet verboden, maar zeker niet aangemoedigd. En het ultieme schrikbeeld was natuurlijk als je met een Roomse meid thuiskwam,  zoals een katholieke jongedame steevast werd aangeduid.


Veel inwoners zijn import

Het valt niet mee om nog sporen uit het verleden te vinden. Veel mensen die ik ontmoet zijn import. Op de plaats waar vroeger snackbar Tonny van Vught zat is nu IJssalon Picobello gevestigd. Bianca en Sanne komen uit Etten-Leur en baten hem nog maar een maand uit.
De uitbater van restaurant Het vrolijke Schaap (ik herken de locatie als voormalig frituur Bosters) komt zelf uit Dordrecht. De inwoners daar heten schapekoppen, vandaar de naam van zijn restaurant.

Bij de kleuterschool heb ik meer geluk. De inloopochtend van de kerk is net afgelopen en ik tref Leny Keizer. Ze weet dat mijn ouders naar Breda zijn verhuisd en inmiddels zijn overleden.
Ze stelt me voor aan Gerda Klaassen (de foto is helaas wegens onnavolgbare reden verdwenen), een vriendin van Leny Dorst. Juffrouw Dorst was mijn juf in de tweede klas van de lagere school.
Later trouwde ze met Arie Blom en ging op De Oostenberg (de boerderij van mijn voorouders) wonen.
Helaas, ze is nu op vakantie in Kroatie.

Leny Keizer

De kleuterschool van de kleine pelgrim (nu ruimte in gebruik door de kerk)


Bij Mol brillen ga ik een poetsdoekje voor mijn bril bietsen. Ik vertel dat ik klant was bij de heer Mol. Hij is inmiddels 75 en heeft de zaak al lang geleden verkocht, weet de nieuwe eigenaresse te vertellen.  Het brillendoekje krijg ik wel.

Restaurant Het vrolijke schaap
Dan de basiliek maar eens bekijken. Gek, 20 jaar heb ik hier gewoond, maar nooit op het idee gekomen hem eens van binnen te bekijken. De enige keer dat ik er kwam was met een begrafenis.


Basiliek van de H.H. Agatha et Barbara


Ook onze apostel is aanwezig

Zicht vanuit de koepel

Voormalig meisjesinternaat
Om naar mijn logeeradres te lopen (achternicht Elly Hendrikse in Hoeven) moet ik langs mijn geboortehuis. Ik zie hier wel tegenop. Op Funda heb ik wel eens gezien (als het weer eens voor de zoveelste keer te koop is) dat zowel interieur als exterieur grondig op de schop zijn genomen.
Mijn vader liet het in 1957 voor 51.000 gulden bouwen. Om het bouwen te stimuleren was de grond gratis.
Ik ken het nauwelijks terug. Allerlei heggen en luxaflexen maken inkijk onmogelijk. Sommige deuren en ramen zijn dichtgemetseld.
Ik loop de inrit op en bel aan. Ondanks dat er twee vette bolides achter de heg staan, doet er ook na herhaaldelijk schellen niemand open.
Tja, vroeger speelde je er onbekommerd en vijftig jaar later sta je er voor een gesloten deur. Misschien maar beter ook. Loslaten en ook geen verbinding meer mee zoeken.


Geboortehuis van de pelgrim grondig verher- en nog eens verherbouwd

1 opmerking:

  1. Wat vervelend voor je dat nog steeds zoveel last hebt van je rug. Zou je een paar dagen op één plek kunnen blijven, zonder dat je steeds je volle rugzak mee torst? Misschien herstellen je spieren dan wat sneller?
    Hartelijke groeten,
    Irene

    BeantwoordenVerwijderen